HOOGE RAAD EN HOF. 213 de ses combinaisons politiques.” En wanneer de Hollanders onder het oude regime zich niet over het beheer der justitie te beklagen hebben gehad, zoo zal men dit wel met Gogel minder moeten toeschrijven aan de wetten en de instellingen, dan aan de mannen, waaruit de recht banken waren samengesteld. Met veel plechtigheid werd het nieuwe Keizerlijke Hof geïnstalleerd. Het bestond uit 40 raadsleden, 8 raden auditeurs, één Procureur-Generaal en 4 Advocaten-Gene- raal. De eerste President en de Procureur-Generaal genoten ieder een tractement van frcs. 25,000, een zeer hoog cijfer, vooral in verhouding tot het tractement der leden, dat slechts frcs. 5000 bedroeg. De roode toog voor plechtige gelegenheden werd uit Frankrijk naar hier overgebracht, de Fransche taal naast de Hollandsche verplichtend gesteld voor alle processtukken Tot eerste President werd benoemd de vroegere Minister van Justitie en Politie van Koning Lodewijk Mr. C. F. VanMaanen, die deze functie tot de opheffing van het college in 1838 heeft bekleed. Het Keizerlijk Gerechtshof had een geheel anderen werkkring dan zijn voorganger, doordien alle departe mentale Hoven werden opgeheven. Het was de rechter in appel voor de vonnissen van alle rechtbanken, tribunaux de première instance, waarvan men er één in ieder „arrondissement de sous-préfecture” vond. Het opperste rechtscollege was het Keizerlijk Gerechtshof evenwel niet. In Frankrijk had zich sinds de Revolutie de cassatie- rechtspleging in haren vollen omvang ontwikkeld; de éénheid in de rechtsbedeeling, reeds gewaarborgd door de algemeene wetboeken, werd nog verzekerd door de rechtsmacht van dein 1790 opgerichte Cour de Cassation, die bijna alle vonnissen van lagere rechters wegens strijd met de wet of vormenverzuim, bij de procedure gepleegd,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1905 | | pagina 225