ENKELE AANTEEKENINGEN, ENZ. 23 1 nieuwe jaar en kermis te wenschen”, alsmede „almanakken uit te geven”. Men ziet hieruit, hoe aarts-gemoedelijk de verhouding, in die dagen was tusschen de kalme burgerij en de enkele „dienders”, die maar zelden in hun doorgaans-vreedzaam „bedrijf” gestoord werden Maar de booze dagen van 1830 breken aan, en nu komt er leven in de brouwerij Den 5n November 1830 besluiten de Haagsche stads bestierders, op voordracht van het college van D. B., „provisioneel ter vermeerdering van de middelen van surveillance, in de tegenwoordige tijdsomstandigheden en in afwachting van eene nieuwe organisatie van het personeel der politie, bij dezelve in dienst te stellen twee inspecteurs van Politie, de eerste op een inkomen van 14, en de tweede van 10 in de week, zonder resumtie”. De oude Stastok zou, leefde hij nog en las hij dit, uitroepen: „Kom daar nou r’s om!” Drie jaar later 4 Mei 1833 wordt, op voordracht van den Burgemeester, namens de Kamer van Burgs en Weths. geresolveerd ja, tot iets heel-grappigs 1 De heeren inspecteurs van Politie te ’s-Gravenhage hadden 5 Nov. 1830 zagen wij gekregen respectievelijk ƒ14 en ƒ10 ’s weeks. Vermoedelijk had deze ongelijkheid „haken en oogen” gegeven. En wat doen de leuke „vroeden” van vóór zeventig jaren? zij stellen de tracte- menten gelijkMeneer A. kreeg twee gulden meer, meneer Btwee gulden minder. Beiden 12.— per week! Opvatting van „gelijk recht voor allen” in den jare 1833! Den 29e» Mei 1841 stelt men voor, den post voor Politie met f 300 te verhoogen, „wegens het salaris van den Commissaris te Scheveningen.” En op 1 Juni d.a.v. hechten de heeren hun zegel aan dat voorstel.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1905 | | pagina 243