IETS OVER DEN HAAGSCHEN BOEKHANDEL, ENZ. 277 geslacht kent die veiling vooral, wijl Bn. v. Westreenen daar de fraaiste werken kocht en met zijn verzameling later aan den Staat schonk, als het Museum Meermanno- Westreenianum. Van 1806—1810 was van Cleef boek handelaar van de Kon. Bibliotheek en van den Koning van Holland. Daarna was het de firma, die belangrijke werken uitgaf van de meest bekende persoonlijkheden van dien tijd, Daendels, Stieltjes, Collot d’Escury en de Jonge, den Rijksarchivaris. In 1851 volgde P. M. van Cleef in de Haagsche zaak, die al meer en meer een militaire boekhandel werd, op en vele oudere Hagenaars herinneren zich zeker nog het werkzame, beverige mannetje met zijn eigenaardig handschrift, die eerst in 1872 plaats maakte voor den heer van Randwijk, later met van Wermeskerken ge associeerd, met welke personen geenszins de soliede naam der firma, maar de persoonlijke naam van van Cleef van haar week. De reeds genoemde firma Scheurleer, die tot in 1844 werkte ik zeg nietbloeide was, zoo als ik reeds zeide, ouder dan die der van Cleef’s. Zij was in 1710 ontstaan en de fraaie Haagsche stadsgezichten, door haar in de i8e eeuw uitgegeven, zijn hun, die belangstellen in den Haag, genoeg bekend. In de 19e eeuw rust haar roem grootendeels op de reeds genoemde epoque-makende veiling van Meerman. Op 29 Febr. 1844 stierfB. Scheurleer, en, ofschoon zich een zoon van hem, P. H. Scheurleer, op 31 Maart 1851 als boekhandelaar vestigde, schijnen diens zaken van weinig belang te zijn geweest, want ’s man’s faits et gestes zijn mij, trots alle nasporingen, onbekend gebleven. Daarentegen is. de zaak van Thierry Mensing aan eiken Hagenaar, die nu 40 of 50 is, bekend. Wie dacht er aan vóór 1870 ergens anders zijn schoolboeken te

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1905 | | pagina 290