285
IETS OVER DEN HAAGSCHEN BOEKHANDEL, ENZ.
’t Haaff in
Zoon, en
chef dier inrichting gewonnen. Reeds in 1844 gaf
hij dan ook uit den Geïllustreerde Courant”een week
blad, dat slechts ƒ8,per jaar kostte; en dat was
toen ter tijd, toen elk prentje in hout moest worden
gesneden, met een zeer beperkt debiet eenvoudig een
roekelooze daad.
Dat optimisme noodzaakte hem op een goeden dag,
in 1855, het land te verlaten en een nieuw vaderland
in Amerika te zoeken. Hij vestigde zich te New-Orleans
en wist zich ook daar te doen gelden. Maar in Aug.
1858, toen de gele koorts New-Orleans teisterde, overleed
hij daar plotseling. Een Amerikaansch dagblad van die
dagen zegt van Fuhri: „A good husband, a kind father
and sincere friend is taken away from the community
by the fell hand of disease. One who has endeared
himself by his gentlemanly deportment and unassuming
manners to all with whom he has been brought in contact
in business or through the social relation of life”.
Wat er van hem rest zijn zijn scheppingen, o.a. De
Tijdspiegel en de Kindercourant. Van zijn eigenlijke zaak
is de uitlooper de zaak van M. M. Couvée in de Lange
Poten. In 1854 toch had M. C. de Graaff Jr. de debietzaak
van Fuhri overgenomen, en onder de firma Fuhri en de
Graaff voortgezet.
Couvée nam op 1 November 1856 wel niet de zaak
van de Graaff over, doch vestigde zich volgens zijn
circulaire „in het huis van M. C. de Graaf!’ Jr., die,
„naar ik vermoed, den handel zal verlaten.” Zijne zaak
ontwikkelde zich steeds en bloeit nóg, zij het, dat de
wetenschappelijke zin er niet meer voorzit, en het leeuwen
deel aan kunst en papeterie ten goede komt.
Hier wil ik even vermelden, dat J. M. van
1840 den boekhandel van S. de Visser en
daarmede de uitgave van het Nieuwsblad v. d. Boekhandel