ENKLE BLADZIJDEN UIT DE GESCHIEDENIS, ENZ. 321 zweeg, toen de Groote Zaal, het merkwaardigste gebouw „uit Nederland’s Schoone Bouwkunst” door collega Rose kalm vernield werd. De eerste vraag boven gesteld, in hoeverre is onze Zaal een Architectonisch Monument, die vraag is hiermede voldoende, misschien wel wat al te veel in detail zelfs, behandeld de tweede vraag, in hoeverre is zij tevens een Historisch Monument, zal ik nu beantwoorden. Welke waarde heeft onze Hof-Zaal als Historisch Monument? aan die vraag, gaat echter eene andere vooraf, deze: wat maakt eigenlijk een gebouw tot een Historisch Monument? En die tweede vraag, zij is daarom niet onnut, omdat er in onze dagen zoo velen zich totaal ontgroeid verklaren, aan wat zij gelieven te noemen, de verouderde en zoo echt kleinzielige begrippen van iets te gevoelen voor of te hechten aan zijn geboorteplaats en aan zijn geboorteland; zij doen niet meer aan vaderlands liefde, dat is voorbij, dat is voor hen pure onzin geworden, het: „Ubi Bene, Ibi Patria” dat is nu hunne leuze! Voor hen die zóó denken, en die zóó spreken, bestaan er dan ook eigenlijk geen historische Monumenten meer, want met hun vaderlandsliefde, hebben zij tevens afgeschaft bijna alle belangstelling in en voor de geschiedenis van het verleden van hun land, want het zijn juist de gebouwen, waarbinnen of waarbij zich in meerdere of minder mate een gedenkwaardig stuk geschiedenis uit dat verleden heeft afgespeeld of is voorgevallen, welke zij, die een zóó onbekrompen en een zóó hoog staand standpunt nog niet bereikt hebben, Historische Monumenten noemen. En hoe belangrijker en veelvuldiger de gebeurtenissen waren, welke binnen of bij dat gebouw plaats hadden, hoe hooger dat gebouw dan in onze schatting komt te staan op de ranglijst dier Historische monumenten. En 21

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1905 | | pagina 336