36a
ENKLE BLADZIJDEN UIT DE GESCHIEDENIS, EMZ.
1742, opgenomen in
1Op de teekening van C. Pronk van 1742, opgenomen in
den Tegenwoordigen Staat, komen die comptoirkens zeer eigen
aardig uit
portaal nog te benutten, toen toch werd het muurwerk
rondgaand een paar meter opgetrokken, daarin de noodige
vensters bemetseld, en die ruimte overwelfd en opnieuw
met een terras met borstwering afgedekt; zoodoende
verkreeg men een groot vertrek, dat nu tot Reken
kamer werd ingericht, waarbij in aansluiting met den
noordelijken trap-toren, tegen den Zaal-gevel nog eene
houten hang-kamertje werd uitgetimmerd, zoodat men nu,
langs die trap, direct van uit de Zaal in de Reken-kamer kon
komen. Het nieuwe terras bleek echter in 1472 zoo te
zijn verwaterd, dat het toen door een leiendakje besloten
tusschen gemetselde trap-geveltjes werd vervangen, welk
dak echter omstreeks 1720 voor een omgaand pannen
dak plaats maakte.
Sedert de Zaal bijna uitsluitend tot vestibule of doorgangs-
Hal werd benut, zag men er ook volstrekt niets in,
om hare beide voorgevel-vensters nog dicht te metselen,
die weliswaar bekneld als zij zaten, niet zoo heel veel
licht, maar toch altijd nog een hoogst welkom uitzicht
gaven. Tegen den noorder trap-toren werd nu vóór het
gewezen gevel-raam een comptoirken geplaats en verhuurd,
een tweede comptoirken, groot slechts 1.28 bij 2.45 M.
werd gezet ter plaatse van den terugsprong in het zuid-
einde van den voormuur van het trapportaal, en ten
slotte was men nog zóó vernuftig, om de buiten dienst
gestelde spil-trap in dat portaal weg te nemen en ook
die ruimte beneden nog tot winkeltje te verhuren.
Blijkbaar was de finantieele toestand in de laatste
20 jaren der XVIde eeuw zóó benard, dat elk hoeksken
van het Binnen-hof, dat er ook maar even voor geschikt was,