40+
ENKLE BLADZIJDEN UIT DE GESCHIEDENIS, ENZ.
onderstellingen maken, maar hypothesen zonder een
genoegzame grond, kunnen als geen bewijs gelden.
Daar kan dus aan die kap geen andere historische
herinneringen verbonden zijn, als van het jaar afterekenen
van zijn constructie. Ten tweede de kap heeft voor de
historie van de kunst geen waarde, want het is volstrekt
niet zeldzaam, en als voorwerp van constructie geen
model te noemen, want, geen goed constructeur die een
Hollandsche kap wil maken zou dat voorbeeld volgen,
het is minstens driemaal te zwaar en te kostbaar, de
houtafmetingen zijn buiten alle evenredigheid met de last
die het te dragen, of de weerstand die het te bieden
heeft. Dat te zware kappen nadeelig zijn voor een gebouw
weet ieder constructeur, en daarvan zou zelfs in ons
Vaderland genoeg voorbeelden kunnen bijgebragt worden.
Ten derde is de kap niet schoon, en zijn de verhoudingen
zelfs niet in den geest van de Gothiesche stijl en geheel
buiten overeenstemming met de andere deelen van de
Groote Zaal; dit zal ik bewijzen.
Om over de verhoudingen van een gebouw te kunnen
oordeelen, moet men de verhoudingen van alle de één
heden die het gebouw zamen stellen, vereenigen, daaruit
ontstaat de algemeene verhouding die men verhoudings-
vorm noemt. Wanneer men dit werk in de Groote Zaal
verrigt en de verhoudingen zoekt van deuren, vengsters,
nissen, kolommen enz., dan verkrijgt men een rijzige
verhoudingsvorm, zooals het ook in den geest der
Gothiesche stijl ligt, maar de verhouding van de kapspant
staat als bijna i. staat tot i, dat is juist het tegenover
gestelde van een rijzige verhouding.
Daarbij, is het ook duidelijk op te merken dat de ver
houdingen van de kap niet rijzig zijn, en bijgevolg
onharmonisch met de overige eenheden van de zaal.
Wanneer nu de kap geen geschiedkundige en geen