44
EEN EEUW GENEESROMMEL.
De grond tusschen de Koninklijke bazar en de Laan-
vanmeerdervoort, waarop thans in de Zeestraat de huizenrei
84—102 staat, was vóór zestig jaar weiland, door ’n
3) Gurlt zegt, dat door Stromeyer „kortelings” de onder-
huidsche peesklieving „erfunden was. G. F. L. Stromeyer deed
die kunstbewerking voor de eerste maal achtentwintig februari
’31; doch zij is reeds verricht in ’16 door Jacques Delpech,
hoogleeraar te Montpellier, in ’32 vermoord door ’n dank-
ontberenden geopereerde.
2) Dergelijke „routen” waren ook in Hage’s bosch en elders.
Toen de Tater zeer beroemde Albrecht Haller te Leiden studeerde,
bezocht hij vijftien september 1725 Den Haag en Scheveningen.
In z'n „Tagebücher, Leipzig 1883”, zegt hij„vom Haage nach
Schevelingen geht eine vierfache Reyhe Baume schnurgerade
fort, und endet der Kirchthurm dieses Dorfes die Aussicht.
Unterwegen sind viele weitere und runde Kreise zum Tanzen
und wenden der Wagen.”
onderhuidsche peesklieving J), laat staan de door hem
verachte inwendige geneeskunst toetepassen.
Van Heine geldt letterlijk: „ende zijne wercken volgen
hem”; met hem zijn de stichting en het werk verdwenen.
Niemand spreekt meer van hemalleen de oude Schee-
velinger noemt ut üs an ut tol’ek ut bultepalès, evenals
z’n grootvader sprak van Zorgvliet, wêr Jècob Cas op
weunde; Zorgvliet, welks noordwesthelft in ’98 als bouw
terrein is verkochtwelks prachtig uitkijkje, gezegd
belvedère, tegenover Kleinzorgvliet, in '28 Buitenkist,
nu Hotel de la promenade, is verdwenen en heeft plaats
gemaakt voor 'n tocht- en stuifgat. Daar was eenmaal
de r o n t e 2) tegen de helling van het duin, de r o n t e,
’n grasvlakte, omgeven met ’n ovaalvormig pad, waar
eertijds de zêlui mit r mêdes ’and in ’and ’n petertje
lanks de kant ’ostten. en de vreemden d.z. niet-
Scheevelingers desgelijks deden,' vooral op pinksteren,
de kurremus.