DE GEVANGENPOORT. 95 1) De Riemer, I, p. 132. 2) E., f. 367. s) Groot Place, boek, V, p. 897. De „crimineele papieren” nu geven slechts zelden aan, om welk feit of hoe lang de delinquenten op de Poort zitten. Om zulks te weten te komen, zoude men de Resolution en Sententiën doorloopend dienen te raad plegen, wat echter voor het te behandelen onderwerp niet steeds van overwegend belang schijnt, al zal men nu en dan zich eenigszins onbevredigd kunnen gevoelen bij de behandeling van sommige gevallen. Steeds is overigens er naar gestreefd door den Schrijver om de meest waarschijnlijke lezing te geven van het behandelde geval uit tal van min of meer uiteenloopende getuigenissen. degeenen, die uit kragte van sententie of condemnatie, zoo van den Hogen- als Provincialen-Raden gegijzelt wer den.” x) De gevangenen leefden daar echter onder geheel andere bepalingen. Reeds in 1568 bewaarde de kastelein te zijnent iemand, welke op 13 Nov. werd geexecuteerd. 2) Hoofdzakelijk blijft dan ook de Poort bestemd als gevangenis voor het Hof; een enkel maal treft men er ook gevangenen aan van den Hoogen Raad, of van den Hoogen Krijgsraad, of ook van wege Gecommitteerde Raden, alsmede van den Raad van Brabant, welk laatste college van de Staten van Holland op 4 en 5 Dec. 1596 het medegebruik kreeg van het schavot en de Poort „soo wanneer daer plaetse sal wesen.” 3) Op 30 en 31 Januari 1599 nu vinden wij b.v. op Ridderkamer en Wittekamer een nobel tal van gevangenen, b.v. op eerstgemelde kamer Jonker Beloo, diens knecht en zekere Gleser. Boven bevonden zich de door zijne

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 103