136 DE GEVANGENPOORT. om een 1') C. P., 1672, Bundel De Witt. E., 1672. 3) Wagenaar, a.v., p. 142 182; Haagsch Jaarb1894, p. 96 en volg. van het U’ 3 st. De voerman bracht het lijk Thans volgt de beruchte volksmoord op de gebroeders De Witt. 3) Hier slechts de niet bekende bijzonderheden, zijnde de zaak zelve een ieder ruimschoots bekend. De Ruwaard Corn, de Witt verbleef van 25 Juli tot 6 Aug. in de Kastelenij (daarna tot 20 Aug. op de Poort) evenals zijn beschuldiger Tichelaar, van 24 Juli tot 6 Aug. die zich evenwel vrij door den Haag mocht bewegen. Niet alleen de regeering van Dordt beklaagde zich daarover, maar ook De Witts vader, de Rekenmeester, uitte zich scherp tegenover het Hof over deze opvatting en verzocht, zoo mondeling als schriftelijk, Tichelaar „illico” te doen verzekeren op de Poort. Op den 6den kwam hij daar dan ook ad f 2. tegelijk met De Witt, op f 4.— daags. Deze werd steeds bewaakt door drie deurwaarders, ieder mede ad 2.voor zijn kamer en het beslapen van twee bedden met toebehooren vroeg de cipier 18, 15 st., doch het Hof gaf f 8.voor 4 comparities (op 11, 13, 17 en 19 Aug.) op de Examineer- kamer kreeg de cipier 3 in plaats van de gevraagde ƒ6.- (Verg. p. 127); f 120. voor drank en het laten macht over hen had, wegens hunne aanstelling door H.Ed. Groot Mog. Het Hof vraagde nu in deze betere regeling. De scherprechter Tobias Prom, uit Haarlem, kreeg 42 117 voor de executie met het zwaard op 29 Juni aan „zeker persoon”. Het voorafgaande afmaaien schavot kostte 3 weg voor 9 U'. 2)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 142