i6o
DE GEVANGENPOORT.
den Drossart van den Hove”,
de logées zal wel op de
en te brood te zetten,
zekere Blankfort 4 weken,
het hem vertoonde stuk boor Slechts kort geleden had
hij een gat ontdekt, doch achtte zich niet „verobligeert”
zulks aan den cipier mede te deelen. Aan de breuk,
meende hij, kon men wel zien, dat het gat gemaakt was
van de andere zijde. De instrumenten voor de kanarie-
kooi bestonden alleen uit een „boortje”, van een duim
lengte, zoo dik als het koperdraad. Alle stukken voor de
kooi had hij onlangs van een timmerman ontvangen, op
maat, zoodat hij ze alleen in elkander paste. Van Joncks
breken had hij nooit iets bemerkt, wel dat hij erg
stommelde nu en dan, wat deze had gezegd, „was
stampen, om zijne voeten te warmen”het gat, later
ontdekkende, had hij er twee „riggeltjes” voor gemaakt,
om zijne boeken op te zetten, nadat hij eerst het beschot
daarvoor had stuk getrokken en de brokken aan de meid
gegeven, zeggende „dat het brandhout was”.
De instrueerende Raden besloten op 24 Juni tot scherpe
straf; men had gaarne willen weten, hoe dit bij den
Hoogen Raad zoude worden opgenomen, maar ten slotte
besloten zij toch over deze straf „in den vollen
Raede nader te laten delibereren”. Op 16 Juli namen
zij met algemeene stemmen het besluit „beijde deze
persoonen int aensien van alle gevangenen te laten
geesselen ten overstaen van
Die gratis-voorstelling voor
binnenplaats gegeven zijn. Bovendien werd nog op 24 Juli
besloten Jonck 8 dagen te water
en
Lauwerwal 14 dagen
tevens in het giool.
Kort daarna poogden de gewezen pachter Joost van der
Netten en denkelijk ook de gegijzelde Johan van Gendere,
in den nacht van 9 op 10 Sept, van de Poort te ont
snappen. Zij dachten over de Plaats te vluchten langs een
ladder, terwijl beneden bij de Poort twee of vier paarden