DE GEVANGENPOORT. I70 inhabit verklaert, voorts ten eeuwigen HOOFDSTUK V. De Poort tijdens het verval der Republiek. 170317 9S- van sijne ampten en dage gebannen.” 3) t) C. P., 1704, Portef. B, no. 10. -’) Nieuwe aanw., a. v. Het cipiersambt werd nu wegens de zware finantieele cautie weinig begeerd. Pas op 10 Juli 1703 werd Steven van Braxhoofden als cipier benoemd men verklaarde hem op 17 Juli vrij van die cautie, onder verplichting van te trachten daarin zoo mogelijk binnen jaar en dag te voorzien. Op 3 Mei 1712 stelde het Hof hem af, om zijn schuld en benoemde nu in zijn plaats Cornelis van Baten. Die pachtersontsnapping zat het Hof leelijk dwars zij besloten daarom de cipiersinstructie nog wat te verzwaren. Hij moest b.v. thuis zijn op den tijd van het eten, dat steeds door het schaftgat (in de deuren) moest worden gegeven; zelf moest hij het licht halen en nooit bij dag of bij nacht een sleutel op een kamer laten steken; ook geen gevangenen van „crimen” bij elkaar zetten, dan op schriftelijken last van het Hof. Maar vooral ookde deur tusschen tuin en treurkamer steeds gesloten houdende sleutels van de achterdeur in het ijzeren kastje wegsluiten en, wanneer de aschbak geleegd werd, zelf haar openen, sluiten en inmiddels de sleutels opbergen; verder ook de deuren tusschen keuken, treurkamertje en den tuin zorgvuldig dicht houden. 2)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 176