DE GEVANGENPOORT.
203
2) C. P., 1784. Portef. C,
Isings Binnenhof: Poorten, p. 26.
2) C. P., 1784. Portef. C, nos. 11 en 12.
Van
waar 1
Brakel
deze in April ’83
gevangene binnen de
voor nadere
mogen rekenen de verhooging tot 14 en 22 st. daags;
ook aan Buddings weduwe, die tot Juli ’84 op de Poort bleef.
Uit een Resolutie van Gecommitteerde Raden van
13 Oct. ’88 is afteleiden, dat toen pas gemaakt werd
het raam in de Vrouwekamer, uitziende naar het Buitenhof,
en mogelijk ook de thans daar aanwezige schoorsteen. l)
Zoowel Zehender als zijn voorganger zagen een paar
personen op de Poort, welke uit een historisch oogpunt eenige
aandacht verdienen, t.w. den 19-jarigen vaandrig Jacob
Eduard de Witte, beschuldigd van landverraad, en diens
verleider Pieter van Brakel, van Boscoop. 2) In het kort
zij hier omtrent hen medegedeeld, dat De Witte in Sept.
’82 door Van Brakel werd overgehaald om, voor een
beraamde landing der Engelschen op Schouwen, hem
verschillende gegevens te leveren betreffende kustbatterijen,
diepten van het Brouwershavensche gat, sterkte en ver-
deeling der troepen, enz. enz.
Den „op schulden zittenden” vaandrig spiegelde hij
een beter garnizoen elders voor, want bij het slagen
van het plan was een huwelijk in ’t zicht tusschen
den Prins van Wales en een Prinses van Oranje. De
Witte ontving nimmer het hem beloofde geld voor de
geleverde inlichtingen; de duidelijke schetskaart van het
eiland met omgeving schijnt hij toen dan ook niet ver
zonden te hebben. Op 26 Dec. geraakte de vaandrig op
de Poort, waar hij alles zoo volledig mogelijk bekende.
Onmiddellijk eischte toen de Proc.-Gen. zijne terechtstelling
op het schavot.
Inmiddels was
Kastelenij, van