DE GEVANGENPOORT. 224 1) Zie de afbeelding in Joh. Gram: ’s Gravenhage. Voor heen en Thans, p. 66. 2) Isings Binnenhof: Poorten, pag. 25. Zie verder ook C. H. PetersDe Landsgebouwen te ’s-Gravenhage I p. 90—96. 3) Jhr. Mr. W. Th. Gevers Deynoot in het „Vaderland van 2 Dec. 1905, Avondblad B”. In 1870 schetste de schilder J. Bosboom de Poort nog af in den Ned. Spectator op een plaat, zooals zij zich toen voordeed aan de zijde van het Buitenhof. In 1875 werd door den Heer Begram het ronde traptorentje gebouwd, waardoor een „niet geslaagde” overgangwerd bereikt tusschen het oude gebouw en de naastliggende perceelen op de Plaats van nieuweren tijd. Kort na 1845 (Verg, daarvoor de titelplaat in de Bijdragen enz. van 1904) kwam de vierkante aanbouw, links van de Poort, tot stand, aan de zijde van de Plaats, vóór de oude „Place Royale,” welke op zijn beurt in de 2de helft der 19de eeuw vergroot werd in den vorm, zooals men nu die Sociëteit aanschouwt1). In 1880 werd de „Dienderwacht” aan de zijde van het Buitenhof afgebroken, terwijl dat ook de keuken naast de Treurkamer reeds in 1875 was opgeruimd en het beneden poort-vertrekinwendig uitgebroken en tot z.g. Folterkamer werd ingericht. 2) Haar op te ruimen, wenscht zeker zoo goed als niemand. Aldus in het begin dezer bijdrage. Maar toch thans 1905, schijnen enkele menschen er anders over te denken. Dezer dagen werd nog ter wille van de ver- keerseischen (ten deele aan de hand van de verschillende overwegingen en genomen beslissingen in zittingen van Staten-Generaal of Gemeenteraad gedurende de jaren 1867—’70) het nut en de noodzakelijkheid van de opruiming der Poort betoogd. 3) Zoude wellicht voor de Poort de uitspraak moeten gelden: „Onbekendmaakt onbemind”

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 230