287 DE JURISDICTIE-GESCI-IILLEN, ENZ. h Idemde Princesse-graght tot aan de Sterling-straat, gelegen aan de Zuytzijde van het Huys van den Heer van de Leek. 2) Idem: de Graft, bezuijden het Bruggetje bij de Maliebaan, genaamt de Zandtsloot. 3) Idem: den Dennewegh ofte Aghterstraat van het Voorhout wordt onder den Haag gelaten. „toe het Bosch, het nieuwe Voorhout, de Santsloot 2), „het Maeljestraatje, de Vossen-Tuijn, het Kalckstraatje, „het straatje bij de Heer van Spanbroeck, den Dennewegh „ofte de straat ten Noorden achter de Huysen van het „Voorhout 3) tot aan de Poort van het klooster, de Klooster straat ten weder-zijden, het Voorhout, de hooge Nieuw- „straat met de straatgens tusschen beide, de Kneuterdijck, „de hooge ende lage Vijverbergh ende de Vijver.” En aan het slot van zijn verslag voegt Hop daar nog bij: „Ende voor soo veel aangaat de andere straten en „plaatsen in den Haag gelegen, uijtgesondert alleen „eenige buijtenste gedeeltens van den Plage, alwaar Burge meesters en Regeerders van den Hage privative gesag „hebben, werden de consenten tot het maecken van „eenige stoepen, hujffels, uijtsteecken enz. naar dat alvoorens „genomen is het advis van den voornoemden Rent meester ende Burgemeesters van den Hage, bij de „gemelde Heeren Raaden gegeven, onder een recognitie, „die bij den voornoemden Rentmeester werdt ontfangen „en verantwoordt ten voordeele van den Graaffe- lijekheijt.” Van deze laatste categorie van straten werd in het bovenbedoeld accoord van 1671 geen gewag gemaakt: het is dus duidelijk dat het Hof zijne beweeringen steunde op het rapport, niet op het accoord, welk laatste toch ongetwijfeld van meer gewicht was dan het bedoelde rapport.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 293