289 DE JURISDICTIE-GESCHILLEN, ENZ. op den Vijverberg gevonden en overbrengen naar het 19 „ondersaten hem voortaen en vervordere te verkoopen, „belasten, transporteren, vervreemden, oft hypothee- „cqueeren eenige huysen, landen, erven of andere „immeuble goeden, dan voor den Rechter ende ter „plecken, daer die goeden gelegen zijn,” daar nu de provisioneele order wel eenige twijfelachtige punten gere geld heeft, maar geen veranderingen in het bestaande recht heeft aangebracht, zoo hebben de Staten door de ver klaring dat de transporten en hypothecation van onroerend goed overal in den Haag (behalve op het Binnen- en Buitenhof) zouden geschieden voor het Gerecht, daardoor tevens implicite erkenddat het Gerecht van den Haag, aldaar overal de bevoegde rechter was, behalve op het Binnen- en Buitenhof. De redeneering komt mij voor juist te zijn, hoewel misschien mag worden betwijfeld of de Staten bij het neerschrijven van art. 12, wel gedacht hebben dat men daaruit zoo verstrekkende gevolgen zoude afleiden. Wat de jurisdictie over de straten en gronden binnen de beek en de huizen der Suppoosten betreft, wees de Magistraat op twee gedingen waarin hij tegenover de vorderingen van het Hof in het gelijk was gesteldten eerste op een arrest van den Hoogen Raad op 3 Nov. 1676 op tegenspraak gewezen, waar het gold een door den schout ten huize van den Raadsheer en Griffier Buisero op de Princessegracht aangehouden dief, dien het Hof uit de stadsgevangenis naar de Voorpoort wilde doen overbrengen om de zaak aan zich te trekkenten tweede op eene Resolutie der Staten van Holland van 23 October 1699 genomen toen het Hof den Baljuw en een der onderschouten had gevangen gezet en den laatsten tot verbanning had veroordeeld, omdat hij lijken, die in het Voorhout en waren, had doen opnemen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 295