365 SCHEVENINGEN. en met eene Januari 1832 besloten en dependenties te Aanvankelijk gaven de badgasten de voorkeur aan ’t wonen in 't dorp op gemeubileerde kamers, zoodat de gemeente het eerste jaar van hare badhuis-exploitatie een nadeelig saldo had van drie duizend gulden. Toen wilde men de restauratie publiek verpachten, doch’t waren moeilijke tijden en de burgemeester wist de meerderheid voor de gemeente-exploitatie te behouden. De zaken gingen echter zoo slecht, dat het pseudo- middeleeuwsche paleis van de Italiaansche kust op het hollandsche duin, al dadelijk dreigde tot ruïne gedoemd te worden. De Raad van de Stad Haarlem wilde profiteeren van de fouten door Scheveningen gemaakt, ondersteunde den bouw van het badhuis te Zandvoort, waar de prijzen voor logies en woning veel lager gesteld werden. Zandvoort maakte dadelijk goede zaken. Toen ging de Raad alhier overstag, kleine meerderheid werd den 25en het stedelijk badhuis met al zijn ap- verpachten. Mevrouw Maas schreef in voor 3400.en 3 °/(l voor, de meubelen; hoewel er hoogere inzetten waren, was zij de gelukkige wie de pacht gegund werd. In 1844 werd zij echter verdrongen door den heer Switsor, toen hij voor 7500.— had ingeschreven, ƒ4400.— meer dan de tweede inschrijving van Mevrouw Maas. Reeds in 1847 kon de pachter zijne verplichtingen niet nakomen. Het stedelijk badhuis was in ‘t buiten- en binnenland gediscrediteerd; alles was er even duur en... slecht! Toen in 1845 de Koning van Wurtemburg met zijn gevolg er de baden kwam gebruiken, werd Z. M. bij zijn vertrek eene rekening voorgelegd, waarvan de Vorst witte haren moet gekregen hebbenDit werd bekend, en Scheveningen door Duitschers en Russen geboycot. Velen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 371