376
SCHEVENINGEN.
Rich. P. A. van Rees.
nog
telg uit het oude
goed pendant zijn van
een scheidsgerecht, ellende en wee van nuttelooze
oorlogen zal voorkomen?
boschjes al heel weinig gemeen hebben met de Geldersche
heide of het landelijke Over-Betuwsche. Toch zullen zij,
die zijne werken kennen, met sympathie deze herinnering
begroeten in de nabijheid van Cremers graf.
Toen omstreeks 1820 stemmen opgingen om niet
langer in en om de kerken te begraven, ontstond te
Scheveningen bij den ingang van het dorp een begraaf
plaats; ’t kreeg den naam „ter Navolging,” omdat men
hoopte dat deze wijze van begraven algemeene navolging
zoude vinden. Dit gebeurde reeds in 1830, toen ver
schillende begraafplaatsen gesticht werden, waar zij nu
nog zijn. Men kon toen niet voorzien welk ’n vlucht de
gemeente in betrekkelijk korten tijd zoude nemen, en
vermoedelijk zal er nog wel een halve eeuw verstrijken,
eer die vrede-hoven onteigend, als publieke wandelplaatsen
aan het omringende park zijn toegevoegd.
Zorgvliet, de stichting van Vader Cats, was in ’t begin
der 19de eeuw eigendom van de familie Bentinck.
De geschiedenis van deze buitenplaats en van de beide
aangrenzende buitenverblijven Buitenrust en Rustenburg
is uitvoerig beschreven door den Heer Th. Morren in
Elsevier’s Maandschrift van 1903. Van dit artikel verscheen
een afzonderlijke uitgave, welke aan de leden van „Die
Haghe” is aangeboden en waarnaar ik dus hier kan verwijzen.
Het Internationale Vredespaleis zal nu op de plek
verrijzen waar de vervallen buitenhuizen Rustenburg en
Buitenrust thans nog staan. Zou eene vorstelijke woning
voor eene telg uit het oude en beroemde Oranjehuis niet
een goed pendant zijn van een paleis, waar in de toe
komst