HAAGSCHE KOFFIEHUIZEN. 409 De eigenaar Smeets, die nu eens vermeld wordt als S. Mees, dan weer als Smees, was blijkbaar een onder nemend man die wat aandurfde, want in dien tijd vinden wij vele koffiehuizen op de Groenmarkt waarin hij recht streeks of zijdelings betrokken was. Het toen naar den eigenaar genoemde Smeets, later het Zuid-Hollandsch koffiehuis was in die dagen reeds veel bezocht. De bovenwoning werd blijkbaar aan particulieren verhuurd. In 1828 woonde daar de Staatsraad J. van Toers. Later omstreeks _i875 woonde er het 2de Kamerlid 2 Mr. van Dam van Isselt, een zeer gezien lid van de letterkundige vereeniging „Oefening kweekt Kennis” waarvan hij een getrouw bezoeker wasmeer bekend en populair geworden nog als de aanvoerder van de „jagers van Van Dam.” Er kwamen jongelui die er écarté speelden, er was ook een vast tafeltje dat door Haagsche schilders was gepacht en waarvan o. a. J. Ph. Koelman, J. M. Schmidt Crans en Sack uit de Schoolstraat vaste bezoekers waren. Aan een ander tafeltje kon men geregeld H. A. des Amorie van der Hoeven en Haffmans zien plaatsnemen, maar voornamelijk was het het koffiehuis van de menschen die zaken dreven, van kooplieden en ondernemers. Een bekend kellner uit die dagen was George, bijge naamd „Sors”, die nevens zijn eigenlijke betrekking die van geldschieter waarnam, waarvan door jongelui veel werd geprofiteerd. „Sinds jaar en dag, zegt Johan Gram in’s-Gravenhage in onzen tijd, was het Zuid-Hollandsch het vereenigings- punt. Had men elkaar iets te zeggen, zou men op zeker uur vrienden ontmoeten, het was steeds en onveranderlijk in Zuid-Holland. De Haagsche beurs, indien er in een gemeente van renteniers, ambtenaren, militairen en win-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 415