36 DE GEVANGENPOORT. waren gemetseld, 't Zou echter kunnen wezen, dat het gemak in het giool naast de Yzerenkamer reeds van vroeger stamde. Inrichtingen van dezen aard in de overige vertrekken langs de plaats vragen minder onze aandacht. De afvoer van het meerendeel hunner echter onder den vloer van den pijnkelder schijnt wel eenige bezwaren medegebracht te hebben. In het giool van Jan de Bakker moet zich in 1525 nog een „houten” privaat bevonden hebben. (Noot K.) De naaste omgeving en het uitwendig aanzien verdienen ook nog een oogenblik onze aandacht. Het Valkenhuis sloot tegen de binnenplaats aan, althans sedert de 2de helft der 15de eeuw, liggende vermoedelijk in den tuin, die de stadhouder in 1467 had laten maken. Het kwam met den nog bestaanden poortgang uit op het Buitenhof. Aan de Plaatszijde werden erven sinds het midden dier eeuw uitgegeven in 1538 werden daarvan denkelijk een paar teruggekocht volgens „schepen-schatting.” x) Het schavot, mede uit de 15de eeuw dagteekenende, werd voortdurend opgeknapt, deed natuurlijk ieder jaar her haaldelijk dienst en stond op de scheiding van Vijverberg en Plaats. Vrij dicht bij den ingang der Poort lag de bekende steen ter herinnering aan den in 1392 gepleegden moord op Jonkvrouwe Aleyd van Poelgeest, de bekende vriendin van Hertog Albrecht. Die blauwe steen met vier elkander kruisende kerven heet te zijn gelegd als aandenken aan den zoen, te dezer zake in 1413 gesloten, toen een voetval op de plaats van den aanslag werd voorgeschreven. Hij moet pas eerst na 1636 van het Buitenhof naar de Plaats zijn overgebracht. 2) Elders t) E., f. 107. 2) Ising, a.v., p. 28. Meded. ter beoef. van de geschied, van ’s-Gravenhage, 1880, I, p. 338.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 44