DE GEVANGENPOORT.
55
overdrachtelijk
was tegen den
heretyck, ende naer die degradatie den Hove van Hollant
gelevert, soe ist dat 't voirsz. Hoff nyet willende dat
die voirsz. sententie blyve illusoir, maer die executerende,
verclaert, dat die voirz. Jan Jansz. geleyt sal worden
opt schavot, staende optie Plaetse alhier in den Hage
ende aldair gebrant te worden te polvre toe, zulcx dat
van hem geene memorie meer en zy.”
Onmiddelijk daarna werd Pistorius over Binnen- en
Buitenhof gevoerd naar de strafplaats; bij de Poort
komende „opziende naar het tralievenster van den
kerker” (N.B. mogelijk dat in den zuidelijken gevel der
Poort zelf, boven het nog niet gebouwde voorportaal?)
sprak hij zijne geloofsgenooten met luide stem toe:
„Broeders! ik ga voor.” En zij antwoordden: „Broeder!
stryd vromelyc; wy zullen U volgen,” zingende „Te
Deum laudamus” en „O beata sanctorum martyrum
solemnia.”
Steeds klinkt hun zang hem toe, terwijl hij, gebonden
aan den paal, staande op een stoel, beneden zich het
vuur ziet ontsteken, dat langs een stroowisch het zakje
met buskruit doet ontvlammen, door den martelaar
eigenhandig op zijn bloote borst bevestigd. Een sombere
morgen voorwaar, die 15de Sept 1525,700
als in werkelijkheid, want de brandstapel
regen overdekt.
Zietdaar de laatste levensdagen van Pistorius wat
uitvoerig toegelicht, van hem, welke de eerste Hollandsche
martelaar was voor den geloove.
Als Noord-Nederlandschen martelaar ging in Juli voor
Geraadpleegd: De Hoop Scheffer, a v. p. 360—389. Hist,
der Martelaren. Uitg. v. 1671; Nwe uitg. van Fruins werken,
Dl. VIII. p. 295. Rek. der Exploiten van het Hof (E). N.B. De
2de hoofdbron moet zeker onder reserve worden aanvaard
zij geeft echter een levendig beeld der zaak.