meer
Th. MORREN.
Maart 1906.
e r de
Bij de aanbieding van dezen bundel, vestig ik
aandacht op dat daarin een vervolg is opgenomen van een
artikel van wijlen den Heer Mr. J. B. J. N. Ridder de
van der Schueren, waarvan het eerste gedeelte in de „Bij
dragen en Mededeelingen'’ over 1902 is verschenen.
Het slot dat de schrijver helaas onvoltooid heeft achter
gelaten, zal in den volgenden jaargang een plaats vinden.
Een groote ruimte is afgestaan voor het artikel van den
Heer Calkoen over de Gevangenpoort, omdat op dit historisch
gedenkstuk uit den Graventijd, met het oog op de plannen
voor een nieuwen verkeersweg BuitenhofPlaats, weer
de aandacht is gevestigd.
In verband met de beruchte dempingsquaestie deelt de
Heer Gratama de resultaten mede van zijn onderzoek
omtrent het eigendomsrecht van den Hofvijver.
Moge dit laatste artikel ertoe bijdragen om onzen ouden
vijver, welke door alle eeuwen heen een pronkjuweel onzer
residentie is geiveest, in zijn oorspronkelijke gedaante te
behouden.