87 DE GEVANGENPOORT. Verdugo met Hester, haer hier zekere „boelarsse van zuster” op 12 st. daags. Behalve de Poort werden ook de giolen te Delft door hem gereinigd. Op denzelfden datum in 1577 stelde'het Hof de nieuwe instructie voor hem vast, wijkende in vorm sterk af van die van 1557, groot 19 artikelen, welke in hoofdzaak (doch naar tijdsomstandigheden gewijzigd) overgenomen is in volgende ordonnantiën van 19 Nov. 1610 en 26 Maart 1632, waarbij toen echter een reeks van artikelen n°s. 20 34 werden toegevoegd, meerendeels reeds in 1585 gearresteerd. 2) Hier volge verkort hun hoofdzakelijke inhoud Art. 1. De cipier moet alle gevangenen ontvangen, door den Proc.-Gen diens substituut of eenigen deur waarder van het Hof geleverd, of bij schriftelijke ordon nantie van de Staten ’s lands, op baten en emolumenten, daartoe van ouds staande. Art. 2. Zoowel civiele als crimineele gevangenen getrouw te bewaren. Art. 3. Zelf woonstede te hebben en alle nacht te slapen in de „conchergerye”; bij ontsnapping of„faulte” wegens onachtzaamheid wordt hij beschuldigd en is „culpabel”. Art. 4. Van noodswege overnachtende daar buiten (alleen met consent van Advoc.- of Proc.-Gen.) moet hij een „suffisanten” plaatsvervanger stellen, enz. „op poene van suspensie voor de eerste en van ontsetting uit syn ambt voor de tweede maal”. E., 1577 tot ’79, f. 72 en 73; ’80, f. 68. 2) 7de M., Ernst, f. 154 en Groot Place, boek, II, f. 1507.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1906 | | pagina 95