98
HET GLANSTIJDPERK VAN HET KONINKLIJK PALEIS.
gericht van de echtgenoote van Keizer Otto, de proef met
het gloeiende ijzer, en verder alle kolossale stukken prach
tige madonna’svan Rafael, Murillo e.a. wereldberoemdheden.
De kroon van al die werken werd, wat de grootte betreft,
echter gespannen door de prediking van Johannes den
Dooper in de woestijn van Kruseman. Dat stuk waswele
vierkante meters groot, de talrijke figuren waren alle levens
groot er kwamen op voor Arabieren, schriftgeleerden, vele
vrouwen o. a. een beeldschoone met een kind, op een
ezel gezeten, liggende figuren enz. alle luisterende naar
de prediking. De donkere eiken lijst prijkte met den tekst
„Parate viam Domini et rectas facite semitas ejus”. Be
reidt den weg des Heeren en maakt zijn paden recht en
met den titel: „Vox clamantes in deserto”. De stem des
roependen in de woestijn.
Ik vermeld dat kolossale stuk iets uitvoeriger omdat
daaraan een treurige historie verbonden is. Het bleek n.l.,
dat de schilder in zijn mengen van de verf zeer onge
lukkig geweest was, want langzaam aan begon de verf
laag die er dik op zat, in beweging te geraken, zoodat
die er eindelijk met stralen afliep en de schilderij totaal
bedierf en onherkenbaar werd. Volgens deskundigen was
daaraan niets te doen.
Er is in de artistenwereld om die historie indertijd
heel wat spectakel geweest en polemiek over gevoerd.
Het stuk is uit de oogen van het publiek verdwenen.
De sommen die vele schilderijen opbrachten waren
ongemeen hoog. Gemachtigden van museumdirectiën, van
vorsten, particuliere rijke verzamelaars, kunstkoopers enz.
waren bij de verkoopingen uit alle landen opgekomen
en er werden allerlei talen gesproken; tal van tolken waren
mede aanwezig. Bedragen van 2030 van 6070 ja zelfs
honderd duizend gulden, werden grifweg besteed; som
wijlen betwistte men elkander een enkel stuk langzaam