104 HET glanstijdperk van het koninklijk paleis.
gemeenschap door
ook is uitgebroken.
Ten slotte nog een enkel woord over hetgeen nu nog
in de bovenvertrekken te zien is. Wanneer we beginnen
met de apartementen boven tegenover de inrijpoort van
het Heulstraatje, komen wij eerst in de kamers vroeger
gebruikt door Prinses Sophie, toen zij nog ongehuwd
was. In een dezer kamers staat nog een schrijftafel die
gemaakt is door Koning Willem III, die zich soms met
schrijnwerkerij bezig hield en daarin onderricht ontvangen
had van een vakman, die destijds een zaak op het Hof
singel bezat. Het stuk is eenvoudig maar netjes afgewerkt
en interessant om den Koninklijken werkman-vervaardiger
er van. Men weet dat meer vorsten er voor genoegen
ambachten bij beoefend hebbende Russische Czaar-
scheepstimmerman, de Fransche Lodewijk smid en sloten
maker enz.
Bezien wij
kapel van de Koningin. Het is een rond bouwwerk met
rondom aangebracht bovenlicht waarboven een koepeldak.
De kapel was op de helft door een tot ongeveer halver
wege het plafond doorloopenden wand in tweeën gescheiden.
In de eene helft bevond zich het altaar waaraan de mis
en andere diensten gelezen werden en waarin de bidstoel
van H. M. de Koningin, in de andere helft bevonden zich
enkele malen genoodigden en in een aparte koepelvormige
ruimte met bovenlicht, de zangers. De kapel is van altaar,
iconen, versieringen en alles ontdaan. Beide helften hadden
een deur in den scheidingswand, die
nu nog de groote eetzaal boven in den
rechtervleugel wanneer men met het gelaat naar den achter
gevel staat en die toegang geeft tot den beschreven tuin
op het plat boven de galerij.
In die eetzaal hingen voorheen, ik zei dat reeds, tal
van uitgezóchte kunstwerken van nieuwe meesters. Thans
hangen er nog een aantal schilderijen, familieportretten,