178
HET OUDE HAAGSCHE POSTWEZEN.
„sonder eenige kortinge, van wat natuer deselve mochte
„zijn, of hoe die soude genaemt, ende uytgedruckt kunnen
„worden.
„Daerenboven soo neemt den tweede comparant in sijne
„gemelde qualiteit op sigh het sorteergelt tot Alphen, als-
„mede noch tot hunne laste van Druynen na ’s Herto-
„genbosch op hunne paarden mede te voeren alle de
„Haeghse ende alle andere brieven en pacquetten, die de
„eerste comparant op sijn paerden mede voert, behoo-
„rende aen hunne postmeesters tot ’s Hertogenbosch en
„niet verders sonder daer voor iets te mogen pretenderen.
„Oock blijven de wedersijdse comparanten verplicht,
„om alle pacquetten ende brieven in den Hage en ’s Her-
„togenbosch, als derselver nabijgelegen dorpen behoo-
„rende, getrouwelijck aen malkander te senden, ende
„die brieven na hun arrivement spoedich te doen bestellen,
„ende alle drie maenden met elkander te reeckenen,
„ende de meergesondene, soo van de eene als ander
„stadt te halveren, en ijder daervan de helft te laten
„genieten, dogh de eerste Comparant hierbij belovende
„van de Haechse Courant, dewelcke driemael ter weeck
„aen hun postmeesters tot ’s Bosch zijn geaddresseert, te
„sullen francqueren, sonder daervoor iets te pretenderen.
„Daerenboven beloven de comparanten sorge te sullen
„dragen, dat de brieven op het spoedigste worden ge-
transporteert ende daerover klachten bekomende, sulcx
„op aller wijse ten eerste te redresseren, en sullende desen
„contracte sijn aanvangh nemen den eersten October
„1712 ende geduren soo langh den eersten comparant
„in leven sal zijn.
„En bovendien belooft den eersten comparant aen syn
„posthouder Hendrick Schuts tot Druynen te sullen ordon-
neren om alle de brieven over Druynen passeerende,
„ende tot ’s Hertogenbosch en andere plaetsen onder