HAAGSCHE KOFFIEHUIZEN. 2I4 Haagschen Schouwburg gaf, had er een slechten avond door zoodat hij zijn onkosten nauwelijks kon goedmaken. Dit laatste is wel typeerend voor den toestand van den Haag in dien tijd. Wanneer er dan bij Vermeulen „groot bal en redoute” was, vooral gedurende de Scheveningsche kermis, was de entrée voor één persoon 2 sesthalven, dames vrij. In 1842, moest „Duin- en Veldzicht” het veld ruimen voor de Koninklijke bazar en het Koninklijk badhuisje van Willem II (de thermen). Johan Gram in ,,’s Gravenhage van voorheen en thans” vermeldt ook nog de welbekende uitspanning en kolfbaan „Duin- en Veldzicht” van Vermeulen (1844) waar de Hagenaars naar hartelust kolfden, bals en avondpartijen en concerten bijwoonden. Daar dirigeerde Verhuist zijn eerste concert en liet hij „Jean de Paris” van Boieldieu benevens zijn eigen compositie Aan den Rijn” ten gehoore brengen. Mr. Eijssel zegt in zijn „Voorheen en thans” op blz. 20: „De gevel van Vermeulen’s huis in de Zeestraat was „tot in 1878 nog te herkennen, al was er van ’tetablissement „Duin- en Veldzicht” waar wij, evenals vóór ons, onze „vaderen, kolfden en bij kermis een vauxhall bezochten „en vuurwerk zagen afsteken, sedert jaren niet meer te „vinden”. „Boer’s Bazar Roijal was in de plaats getreden. Dat „etablissement mocht, mag nog koninklijk heeten. Prachtige, „niet minder kostbare nieubles de luxe, snuisterijen van „allerlei aard, zoowel die tegen goud worden opgewogen „als prullen van enkele stuivers, waren en zijn daar te „vinden. „Nu is de Bazar wel gebleven, maar Vermeulen’s voor- gevel is verdwenen Wie er belang in stelt kan een afbeelding van dien

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1907 | | pagina 238