2l8
HAAGSCHE KOFFIEHUIZEN.
buitengewone
Wij waren als jongens „als de dood” van dien ouden
onguren Bataaf, maar dat deed juist goed in ’t geheel,
want het geliefkoosde spel in die omgeving was „roover-
aanval in het Bosch” waarbij onze fantasie van die kleine
omgeving een ondoordringbaar oerwoud maakte, en
waarvan doorgaans de werkelijkheid was dat een onzer
van den Bataafschen boer een flink pak slaag opliep.
Hoewel er nog geen tennisbanen bestonden, werd er
in dien tijd toch ook al geflirt tusschen de heeren en
dames van boven de tien.
En daarvoor was dit ook al weer een
gelegenheid.
Een ding is zeker, wij hebben ons niet te schamen
voor onze bewondering voor den Bataaf uit die dagen,
want wij hebben die gedeeld met menig knap schilder.
Niemand minder dan Bosboom vond hier inspiratie
voor heerlijk vlotte aquarellen, terwijl op de Tentoon
stelling van „Die Haghe” op Buitenrust verschillende
aquarellen en schetsen van den Bataafschen Boer van
Nakken en Lintz te zien waren.
Bij de Hagenaars die het prettige oord gekend hebben, blijft
de „Bataaf” zaliger steeds in aangename, zonnige herinnering.
In 1828 werd op de plaats waar nu het hotel de la
Promenade staat, opgericht een uitspanningsplaats ge
naamd Buitenlust.
Aan al die „lustige” uitgangen van toenmalige buiten
gelegenheden wijdt Van Lennep in zijn „uithangteekens”
eene niet onvermakelijke beschouwing.
De naam „Buitenlust” vertelt ons hier dat men in 1828
op den Scheveningschen weg buiten was hetgeen men er
nu niet precies meer van kan zeggen.
Mr. Eijssel vermeldt het als ,,’t gebouw met de houten
„kolonnades dat wij in 1828 als Buitenlust kenden, waar