HAAGSCHE KOFFIEHUIZEN.
223
„wilde men er eenigszins op zijn gemak zijn. Doch Uwe
„hulpvaardige vriendschap wist voor alles raad, loste alle
„onze bezwaren op, maakte aan onze aarzelingen een
„einde; in ’t noodigste was spoedig te voorzien, het
„mindere zou zich wel vinden, het was zoo vlak bij, van
„uit Erica zouden wij verzorgd en bediend worden, wij
„bleven immers uwe gasten en alzoo geschiedde
„het. In den kortst mogelijken tijd waren de kille onge
meubelde kamers in een gezellig verblijf omgetooverd,
„werwaarts mijn eigen armstoel, mijn eigen schrijftafel,
„mijn kleine lessenaar waren overgebracht, op zulke wijze
„dat ik er weldra zat als bij mij thuis, met dit onder
scheid dat ik, van alle materieele bemoeiingen ontslagen,
„mij rustig kon neerzetten om mij geheel aan mijn werk
„te wijden, zoolang dit noodig zou zijn. Uwe bedienden
„zorgden trouw voor ons ontbijt, waarna ik het voor
schrift volgde om een weinig lucht te scheppen in de
„lieflijke boschjes of op de nabijgelegen duinen, nog niet
„als nu van geboomte en kruin beroofd om plaats te
„maken voor de talrijke villa’s, die er nu zijn verrezen.
„Daar zat ik dan eene wijle neer in het warme zand
„mijmerend of met Bosboom pratend en opgewekt
„door de frissche zeelucht, toog ik daarop aan den arbeid
„met al den ijver en de volharding die mij noodig was,
„later even verpoozend om met U en de uwen het
„luncheon te gebruiken en daarna alle aanvechting om
„toertjes of wandelingen mee te doen afwijzend, mij weer
„naar mijne afzondering begevend, even door te werken
„tot het uur van het middagmaal naderde; dan een
„weinig toilet gemaakt en precies klaar als Bosboom, die
„intusschen van alles gedaan, overal gezworven, met
„Uwe kinderen gestoeid, met iedereen gepraat had, mij
„kwam afhalen, even het voetpad over, het openstaand
„hek binnen, door gastheer of gastvrouw verwelkomd,