367
DE KLOOSTERKERK TE ’s GRAVEN1-IAGE.
het koor bevond zich de sacristy,
van Anna Bos
was de gemalin van
van Brigdam en Duiveland,
Henegouwen. In den west-
een lichtvenster aanwezig;
schip en koor was van licht-
aan die zijde
waren. '-)
Van deze gebouwen, die zich noord- en oostwaarts
uitstrekten en wier ingang zich een heel eind voorbij de
kerk welfde over het voormalige Nachtegaalspad, thans
de Parkstraat geworden, 3) valt niets vermeldenswaard
mede te deelen, daar zij in 1583 voor het grootste ge
deelte werden afgebroken en geen enkele schrijver ons
eene beschrijving dezer gebouwen heeft nagelaten.
1) Zie Reijgersberge „Chroniek van Zeeland” 2e deel, pag. 192.
2) De Riemer verhaalt op pag. 390. dat het klooster een
fraaien boomgaard of tuin bezat tot vermaak der klooster
lingen, die zich uitstrekte tot aan den Denneweg.
De Denneweg was reeds bekend in het jaar 1433. (De
Riemer, pag. 95, noot p) Op de kaart „Haga comitis in Hol-
landia” van 1570 is deze nog niet bebouwd; de woning van
Jhr. Seraets aan het Voorhout sluit daar dan nog den lateren
toegang af.
:i) Zie A. Ising „Haagsche schetsen” anno 1878, pag. 47.
Eenige jaren geleden, toen de Parkstraat voor den aanleg
eener rioleering was opgebroken, was de fundeering van de
toegangspoort van het voormalige klooster zichtbaar.
en 17 bij 9.50 M. groot was. De geheele lengte der kerk
bedroeg dus 43 M. Het koor heeft aan de oost- en zuid
zijde contreforten, waarvan de meeste 2.20 M. voorsprong
hebben bij eene breedte van 0.90 M.; daartusschen be
vinden zich zeer slanke, hooge spitsboogvormige drie-
deelige vensters, die het inwendige der kerk rijkelijk
verlichten; ook het schip bezat soortgelijke vensters.
Aan de zuidzijde van
die na afgebrand te zijn in 1435 op last
suit werd herbouwd. Deze laatste
Jacob van Borsselen, heer
stadhouder van Berghen en
muur van het schip was
slechts de noordzijde van 1
vensters en contreforten verstoken, daar
de kloostergebouwen met tuinen gelegen