387
gaarden
DE KLOOSTERKERK TE ’s GRAVENHAGE.
aan het St. Nicolaasgasthuis afgestaan en de kerk
ten gebruike gegeven aan het H. Geest-hofje en het
Leprozenhuis, welke stichtingen echter niet lang in het
rustig bezit daarvan zouden blijven. x)
Tijdens deze onrustige, troebele dagen had het Hof
met het noodzakelijke personeel zijn verblijf te Delft
gevestigd, doch bij besluit van den Prins van 13 Maart
1577, uit Middelburg gedateerd, werd dit weder naar den
Haag overgebracht. Kort daarop volgden ook de ver
schillende staatscolleges, die alle opnieuw moesten worden
gehuisvest, hetgeen verre van gemakkelijk was, daar de
Spanjaarden vele gebouwen hadden vernield of in ont
redderden staat hadden achtergelaten.
Daarom bepaalden de Staten bij besluit van 28 Juli
1581, dat eenigen hunner zich derwaarts zouden begeven,
„omme te bezigtigen het klooster der Predikaren aldaar,
„of het zelve bequamelijk zonder groote kosten van den Lande
„geapproprieert zoude mogen werden, omme de Staten aldaar
„te doen vergaderen ter plaatze alwaar te'vooren de Reventers
„hebben gestaan,”
Het plan werd echter niet doorgezet, daar de locali-
teiten daarvoor slechts met groote kosten zouden kunnen
worden ingericht.
In 1576 hadden de Staten aan de commissarissen van
Zijne Excellentie geschreven, dat zij de kloostergebouwen
niet zouden verkoopen, doch desniettegenstaande werd het
De Riemer schrijft in deel I, pag. 395:
In den jaare 1576 hadden de Staten het Klooster van de Pre-
dikaaren, te weten de huizihge en boomgaarden daar aan be-
hoorende, al in vryen eigendom gegunt en geaccordeert ten
behoeve van ’t St. Nicolaas Gasthuis binnen den Hage, en de
kerke van dien tot behoef van den H. Geest, Leprooshuis en
Corpus van den Plage enz. Het komt ons echter voor, dat de
Staten deze gebouwen slechts in bruikleen hebben afgestaan,
want kort daarna beschikten zij weer over die goederen.