DE KLOOSTERKERK TE ’s GRAVENHAGE. 418 steen is den zyen Juli van genoemd jaar met eenige plechtigheid onthuld. l) In 1828 werd de verlichting met kaarsen in de kerk afgeschaft en werden lampen aangebracht, die met patent- olie werden gevoed, welke laatste 55.tot ƒ65.per aam kosttegelukkig werden de drie koperen kronen toen niet verkocht, zoodat, toen in 1876 de gasverlichting hare intrede in de kerk deed, deze daarvoor konden worden dienstig gemaakt. Zij versieren thans nog de kerk. De Kloosterkerk is sinds het jaar 1858 in het bezit van een H. Avondmaalstel, bestaande uit twee wijn kannen, vier wijnbekers, twee geldbekers, een groote en twee kleine broodschotels, die, alle van zilver, voor de som van f 1554.geleverd zijn door de heeren Pyzel en Carbentus, zilversmeden te ’s Gravenhage; dit bedrag is betaald uit een legaat van mejuffrouw E. P. Schmidt, groot f 1200.en uit een gift van ƒ360. Het zilveren doopbekken, dat de kerk bezit, werd in 1876 door een onbekende ten geschenke gegeven. Vermeldenswaard is nog, dat in deze kerk ten doop zijn gehouden de Erfprins van Oranje op Woensdag, 4 November 1840, de Prinses der Nederlanden op 11 Augustus 1841 en de Prins der Nederlanden op Woens dag, 18 October 1843, voor welke plechtigheden de Kloosterkerk meer geschikt schijnt geweest te zijn dan de St. Jacobskerk. Ook voor trouwplechtigheden heeft de Haagsche high-life uitsluitend de Kloosterkerk aan gewezen. De kerk, wier geschiedenis en lotgevallen wij naar best vermogen hebben weergegeven, heeft niet bij elke Een soortgelijke gedenksteen voor Constantijn en Christiaan Huijgens werd eenige jaren later, eveneens door toedoen en op kosten van voornoemde vereeniging, in het koor der St. Jacobskerk geplaatst.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1907 | | pagina 464