JACOB DE RIEMER. 16761762. Bij al het schoone in de zeventiende en achttiende eeuw waarop wij kunnen wijzen, behoort voorzeker de liefde tot onderzoek, zoowel op natuurkundig als geschiedkundig gebied. Wanneer, om bij het laatste te blijven, namen genoemd worden als Scriverius, Oudaen, Van Alkemade, Van Heussen, Van Loon, Van der Schelling, Van Mieris enz. dan komen ons onmiddellijk mannen voor den geest, die in kundig behandelen van geschiedenis, voorgelicht door de zuivere bronnen, een hooge plaats innemen. Doch niet alleen in Lands- en Gewestelijke beschrijving of geschiedenis, ook in Stedenbeschrijving muntten in die tijden velen uit. In foliodeelen, versierd met schoone koper gravuren, kwamen deze werken, voortbrengselen van jaren- vlijt, bij dezen of genen ondernemenden 1 wat meer is, zij werden gretig ge lang onderzoek en boekdrukker uit en kocht en gelezen. Dadelijk denken wij hier aan een der schoonste uit gaven op dit gebied: „Mr. Jacob de Riemer’s Beschrij ving van ’s-Gravenhage”, en zijn tevens verwonderd hoe weinig er van dezen bekwamen geschiedvorscher be kend is, ja, hoe zelfs het weinige van hem bekende niet eens van misstellingen is vrij te pleiten. Een kort over zicht van ’s mans leven en werk, als hulde aan zijn nagedachtenis, vinde daarom hier een bescheiden plaats.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1907 | | pagina 486