443
JACOB DE RIEMER.
3550
1) Den Heer J. A. J. M. Meijlink, die zoo vriendelijk was
een uitvoerig onderzoek naar de oude titels intestellen, betuig
ik daarvoor mijn bijzonderen dank.
Het werd den 3e" November 1762 verkocht voor f 3600 en
f 180 „rantsoenpenningen.”
In 1743 is de Riemer, volgens zijn eigen schrijven,
aan zijn laatste werk bezig. Het is een zeer fraai hand-
in twee gedeelten, het eerste deel in twee stukken in 1730,
het tweede eerst in 1739. Doch behalve dit gedrukte werk
van Mr. Jacob vindt men in het Rijksarchief te ’s-Graven-
hage nog een 38 tal foliodeelen, keurig geschreven en
in nette perkamenten banden gebonden, met copieën van
de belangrijkste stukken uit de archieven van het Hof, uit
de Leen- en Registerkamer en van de voornaamste charters
voornamelijk betrekking hebbende op de geschiedenis van
’s-Gravenhage.
In 1739 kocht de Riemer voor f 3550 en 177,10 st.
over „rantsoenpenningen” het huis waarin hij in het
Westeinde woonde. Het behoorde aan het St. Nicolaas
Gasthuis en werd den 12 Jan. 1739 in de Nieuwe Doelen
verkocht en op 24 April daaraanvolgende aan den nieuwen
eigenaar overgedragen. Het is mij niet mogen gelukken
met besliste zekerheid de juiste ligging van dit huis vast
te stellen, maar waarschijnlijk was het ’t perceel thans
bewoond door den kruidenier S. Polak en dus n°. 79".
De oude koopbrieven van dit huis schijnen te ontbreken.
Behalve dit huis bezat de Riemer nog een stuk land
te Schoonderloo, waarmede hij in 1719 werd verlijd. Het
was hem toebedeeld na overlijden van zijn grootmoeder,
Maria Nieuhoven.
Om bij huiselijke zaken te blijven, zij hier vermeld dat
de Riemer en zijne echtgenoote den ren Juli 1740 hun
testament bij notaris H. W. Prangan lieten maken.