65 DE JURISDICTIE-GESCHILLEN. zaken en dat de curator dan rekening zou doen aan de beide colleges. Op dit voorstel antwoordde het Hofdat dit om ver schillende redenen zich hier niet mede kon vereenigen dat het een dwaling was van den Magistraat, zoo deze meende, dat personen, die notorie tot de jurisdictie van het Hof behooren, door hunne admissie tot notaris, ver leend door Schepenen, daardoor alleen van jurisdictie zouden veranderen, en van die admissie af onder den Magistraat zouden staan. Het Hof stelde daarbij een andere wijze van schikking voor. Wanneer namelijk den Haag zou willen verklaren: dat de Magistraat voortaan uit de verleende admissie tot notaris geen argument zou putten ten opzichte van personen of boedels, die om geene andere reden onder den Haag behoorden zonder dat uit die verklaring voor het vervolg eenige gevolgtrekking zou mogen worden getrokken tegen de bewering van den Haag, dat alle aldaar wonende notarissen van hen admissie moesten hebben en de protocollen van alle notarissen door hun Protonotarius moesten worden onderzocht en ter secretarie overgebracht dan zou het Hof het geschil hierbij laten rusten, en aan Van de Werve toe staan, om op de benoeming der Schepenen, den boedel van De Bijl te administreeren, en om zich in zooverre te onderwerpen aan de jurisdictie van den Haag. Eerst 14 dagen later op 28 Juli antwoordde de Magi straat op dit vredesvoorstel van het Hof: hij had zijner zijds bedenkingen op sommige uitdrukkingen van de door het Hof ontworpen verklaring, en stelde de redactie aldus voordat de Magistraat verklaarde, in het vervolg uit het enkel verleenen van admissie tot notaris, geen argument te zullen putten tot het verleenen van curateele over personen of boedels, waarvan uit geen anderen 5

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1907 | | pagina 71