83
HET GLANSTIJDPERK VAN HET KONINKLIJK PALEIS.
wetsch huis, waarin Koning Willem II, voor de voltooiing
der Gothische zaal een kostbare schilderijenverzameling
onder dak bracht. Bij dit schilderijenpakhuis waarvan
Flescher concierge en bewaarder was, woonde ook Z. M5.
secretaris de heer Tiling. We gaan nu de Heulstraat in
en vinden dan een paar bijgebouwen aan het paleis aan
getrokken, waarin hofpersoneel gehuisvest was, en de
garde-manger van het paleis benevens de bakkerij van
Koningin Anna Paulowna, die onder meer personeel o.a.
had meegebracht een Russischen bakker, Clemenkof ge-
heeten, die enkel en speciaal voor het brood van de
Koningin te zorgen had. Die laatste gebouwen strekken
zich uit tot het eind der Wilhelmina galerij. Aan het
aansluitende gedeelte van het Paleis tot aan den hoek
van den Kneuterdijk is niets veranderd. Langs de Heul
straat loopen dienstgangen.
Onze wandeling rond paleis en park is nu geëindigd.
Laat ik nu in ’t kort nog eens aangeven wat er nu
(1906), nog uitwendig van het paleis te zien is. Het front
Kneuterdijk is reeds besproken, evenals de achtergevel
die men nu door de boomen achter het hek in de Paleis
straat kan zien. De Amaliastraat neemt de plaats in van
de allee, die het achtergedeelte van de tuinen met het
voorste verbond en die eveneens recht op den achtergevel
aanliep. Waar nu de Oranjestraat ligt, bevond zich de
menagerie; de tuinvijver was ongeveer ter plaatse waar
nu de kerk in de Paleisstraat is en het tuintje van Prinses
Sophie op de hoogte van de tegenover gelegen villa
waarin pension gehouden wordt. Het tweede gedeelte
van de tuinen was zooals gezegd bestemd voor boom
gaarden, warmoezierderij enz.
Als we ons plaatsen op het plein van het Paleis van
de Koningin in het Noordeinde, vóór het ruiterbeeld van
Willem den Zwijger, zien we van het oude Paleis nog