UIT DE PROTOCOLLEN DER HAAGSCHE NOTARISSEN. 3 der notarieële archieven, dagteekenende van vóór 16 October 1842. Ditzelfde geldt voor de archieven der voor malige kamers van notarissen. De bepalingen geldende voor de archiefdepöts zijn op de daarheen overgebrachte notarieële archieven van toepassing”. Zoo is niet alleen voor het tegenwoordige de richtige materieële en wetenschappelijke verzorging der notarieële archieven geregeld, maar ook voor de toekomst zorg gedragen x). En naar wij vernemen, worden althans in onze groote steden reeds maatregelen genomen om aan de wet de toepassing te geven, die haar tot een levende kracht maakt bij het historisch onderzoek. Wij leven dus niet langer onder de beperkende bepa lingen van de wet van 1842. Onder haar vigueur is er evenwel nog meer tot stand gekomen op het gebied van het wetenschappelijk onderzoek der notarieële archieven, dan men zou hebben kunnen verwachten. De zaak is, dat de menschen in den regel beter zijn dan de wetten. Dank zij de medewerking van den in de wet genoemden jongsten notaris heeft men in verschillende notarieële archieven reeds sedert jaren geschiedkundige nasporingen mogen verrichten. Ik behoef niet in bizonderheden er op te wijzen, welke belangrijke zaken hier te vinden zijn. Het notariaat is een ambt, dat diep ingrijpt in het maat schappelijk levenbijna geen belangrijke overeenkomst of de notaris kwam en komt er bij te pas. Huwelijks contracten en testamenten, inventarissen en boedelschei dingen, koop- en huurcontracten, handelstransactiën van allerlei aard, hypothecaire acten enz. enz. werden en worden voor den notaris verleden. Maar bovendien werd oudtijds de hulp van den notaris zeer dikwijls ingeroepen, i) Vgl. de voornaamste hier dienende bepalingen der wet met de memorie van toelichting in het Nederlandsch Archieven blad, XIIl (1904/5), blz. 99 vlg.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1908 | | pagina 10