DE’sGRAVENHAAGSCHEBOUWMEESTER PIETERPOST. 143
POST IN BRAZILIË.
1) Zie Barlaeus: „Res gestae sub J. Mauritii in Brasilia”, in
groot folio, met 46 etsen van Frans Post te Amsterdam in
1647 bij Joh. Blaeu uitgegeven, gelijktijdig met een in Leiden
verschenen Descriptio poëtica van Fr. Plante met dezelfde
platen (waarvan reeds in 1660 eene 2e uitgave in 8° verscheen).
Dat Post toen niet als ondergeschikte in dienst is ge
komen bij van Campen, blijkt uit de wijze, waarop Huijgens,
die zich ongaarne met inferieure of ondergeschikte per
sonen inliet, hem bij beide bouwwerken (tijdens de lang
durige afwezigheid van Graaf Maurits behartigde hij diens
belangen) in alles betrekt, alles met hem overlegt, be
spreekt en regelt, terwijl Graaf Maurits hem zóó leerde
waardeeren, dat hij hem uitnoodigde als zijn architect
mee te gaan naar Brazilië, alwaar hij als landvoogd voor
de West-Indische Compagnie in de jaren 163644 met
beleid en succes werkzaam was. Post nam dit aanbod aan
en ging in October 1636 mee, en op het eiland .Antonio
Vaz werd nu volgens zijn ontwerp eene Stad aangelegd,
AAw/r/'fe-stad genaamd, en voorzien met verdedigingswerken
en poorten, door twee groote bruggen met den vasten
wal verbonden, met een regeeringsgebouw en eene Her
vormde kerk en met het kasteel Freiburg en de villa
Boavita, welke beide laatste gebouwen Graaf Maurits voor
zich zelf liet inrichten. Post zelf deelt ons niets mede
van zijn vele werkzaamheden aldaar, noch ook wat hem
bewoog om einde 1637 naar Haarlem terug te keeren,
zijn jongeren gildebroeder en stadgenoot Pieter Post heeft
gevraagd, en daardoor kwam deze nu mede in kennis met
en in betrekking tot Graaf Johan Maurits en Huijgens,
hetgeen inderdaad van beslissenden invloed is geworden
op zijn verderen loopbaan.