HET RAADHUIS TE MAASTRICHT.
13
door een feston-rand, zijnde het werk van Bartholomeus
Eggens; de tympans van de voor- - en achtergevel fron
tons zijn gevuld met een paar leeuwen het wapen der
Stad vasthoudend. Eggens werd betaald voor het „Basterd
Leeven” met het Beeldwerk fl. 2506 en voor de 4 wapens
fl. 800. Eene spil-trap geeft van binnen toegang tot de
overwelfde boven-zaal door 9 kruisramen verlicht; eene
Dorische kroonlijst in zandsteen, de metopen gevuld met
baksteen, dient tot gootlijst; het geheel vormt een even
sierlijk als karakteristiek gebouw.
DE ’s GRAVENHAAGSCHE BOUWMEESTER PIETER POST. I93
Toen de stad Maastricht na jarenlange overwegingen en
uitstel, eindelijk in het begin van 1656 besloot tot den
bouw van een nieuw en groot stadhuis, werd aan Pieter
Post, onder opgaaf van de bouwsom die men wenschte
te besteden, het ontwerp daarvan opgedragen en hem
den 3oen Juni verzocht daarvan een model in hout te
doen maken met uitgewerkte begrooting, een model waar
voor fl. 345 betaald is. Op den 2ien Julij 1659 had de
eerste steenlegging plaats en den yen Julij 1664 vergaderde
de Overheid voor het eerst in het nog slechts gedeeltelijk
voltooide gebouw, de toren toch, werd eerst in 1670 opgetrok
ken en het binnen-schilder- en tapisserie-werk en het goud
leer eerst langzamerhand aangebracht, zoodat feitelijk eerst
in 1740 het gebouw geheel voltooid kon genoemd worden.
Aan Post, die 200 exemplaren van het op zijn kosten
gegraveerde plaatwerk van den bouw van dit Raadhuis,
na daartoe dato 18 Sept. 1664 verkregen octroij, met oot
moedige opdracht aen de Edele, Aghtbare, Wijse en Voor-
sienige Heeren de Magisstraat der Stad, had aangeboden,
werd daarvoor 15 Maart 1866 fl. 600 tot vereering ge
schonken.