194 DE’SGRAVENHAAGSCHE BOUWMEESTER PIETER POST. Uitstekend gelegen op een groot ruim markt-plein, heeft dit Raadhuis, welks buitenwerk geheel in Naamschen steen is uitgevoerd, een nagenoeg vierkant grondplan van 34 M. breedte bij 32 M. diepte, behalve de 5.40 M. voor springende en ten deele overdekte buiten-opgang aan den vóór- of west-gevel. Die buiten-opgang of dubble „vóórtrap”, wier rechter opgang heel eigenaardiglijk bestemd was voor Post leverde met dit ontwerp een in alle opzichten zoo in- als uitwendig, echt monumentaal gebouw, in plan-vorm zoowel als in opstand, een der beste en meest karakte ristieke raadhuizen na de Middeneeuwen ten onzent ge bouwd, een blijvend sieraad voor de Stad Maastricht en een stuk werk tevens, dat meer en beter dan eenig ander, getuigt van zijn meesterschap in de Bouwkunst. Het was gelukkig voor hem, dat, Jacob van Campen niet meer leefde, toen dit Raadhuis gebouwd werd, anders toch zouden de „would be” van Campen vereerders, die, zóó lang deze leefde, dezen bijna van alles wat er gebouwd werd, uitsluitend de eer toekennen, stellig ook dit werk aan van Campen en niet aan Post hebben toegeschreven, ook al ware zulks in lijnrechte tegenspraak met hetgeen de archief stukken mogten vertellen. Evenals die zelfde Kunst-historici meenen, dat Amsterdam, zoo lang PPendrik de Keijser, de Mr. Steen- en Beeldhouwer-Architect daar leefde en werkte, geen enkel bouwmeester van eenige beteekenis bezat, even- zoo hebben zij goedgevonden, ik zal niet zeggen ter ver eenvoudiging der studie, om, zoolang de schilder-architect Jacob van Campen leefde, dezen voor te stellen als de eenige bouwmeester, als de omnis homo van zijn tijd, en ieder ander, ’t zij totaal te negeeren, ’t zij te verklaren tot zijn ondergeschikte, tot zijn werktuig en dien dan bijna schouderophalend te behandelen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1908 | | pagina 213