20Ó DE’SGRAVENHAAGSCHE BOUWMEESTER PIETER POST.
Hollandsch werk te maken en daaraan op ’t onkostbaarst,
kleur en speling en tegenstelling te geven. Zijn werken,
als een geheel beschouwd, behooren daardoor tot het
beste, wat er tijdens de Renaissance-periode in ons land
gebouwd is, zij hebben aan die periode eene blijvende rich
ting gegeven, en als men mij mocht vragen, wat is eigenlijk
het type van de Hollandsche Renaissance, dan zou ik
ongetwijfeld wijzen, naar de bouwwerken van Pieter Post.
Het eigenaardige, de groote verdienste van zijn werk
is bovendien, dat elk zijner werken voor zich, volop
karakter heeft, het karakter heeft van wat het is en waarvoor
het dient en dit, niettegenstaande de onderling zóó weinig
verschillende architectonische vormen en motieven, die
hij gebruikte. Zijn Zaal voor de Staten van Holland, het
is eene recht deftige, rustige vergader-zaal, architectonisch
zoo sober mogelijk zelfs, slechts sprekend door afmeting
en proportie, met tot eenigste versiering een paar schoor
steenmantels en wat schilder- en tapijt-werk, opvallend
eenvoudig vooral, als men haar vergelijkt met de op slechts
enkele Meters afstands daarvan gelegen Trèves-Zaal, door
Daniel Marot gebouwd, met haar kostbare, echt Fransche
versiering en die, trots dat, het toch aflegt bij de zaal van
Post, die uitwendig zelfs zóó simpel behandeld is, dat men
aan de Vijver-zijde van het Binnen-hof haar bestaan niet
eens vermoedt.
Zijn Hofje van Nieukoop, het is een echt typisch Hofje,
eenvoudig maar breed opgevat, door zijn hoofd-ingang en
hoek-paviljoenen aan de voorzijde, en door zijn Regenten
zaal in den tuin, aan het geheel silhouet gevend, en trots
de soberheid waarmee alles behandeld is, toch een gelukkig
geheel vormend.
Zijn buiten-verblijven, de Oranje-zaal, het huis Vreden-
burch, het huis Rijxdorp en mede het Gemeenlandshuis