UIT DE PROTOCOLLEN DER HAAGSCHE NOTARISSEN. 19 sijnen tijt van twee jaren te voldoen”, belooft de knecht met zijn meester mede te gaan, als hij van zijn vader verlof kan krijgen. Wordt hem dat niet gegeven, dan is hij vrij van zijn dienst, maar moet schadevergoeding betalen. De volgende acten betreffen militaire zaken. Ook hier komen natuurlijk in de eerste plaats dienstcontracten voor. Zij worden gesloten tusschen officieren en illustreeren de wijze, waarop in de zeventiende eeuw de troepen werden aangeworven. Het leger der Republiek werd, zooals bekend is, door vrijwillige dienstneming gevormd. Daartoe sloten de Staten-Generaal contracten met officieren, die daarbij op zich namen voor bepaalde sommen regimenten of compagnieën te leveren. Zij moesten dan natuurlijk zelf zien aan de benoodigde manschappen te komen. Hoe dat geschiedde, blijkt uit het volgende contract (N°. XXX). De kapitein Lambert Pels van het regiment van den kolonel James Hendersson, sluit daarin een overeenkomst met zijn vaandrig Hendrik van Osenbruch, waarbij deze zich ver plicht binnen veertien dagen te Zutphen vijftien soldaten te leveren tegen 41/2 rijksdaalder per man per stuk, zou men bijna willen zeggen. De vaandrig heeft daarvoor ook nog het recht een „corporael van de adelborsten” aan te stellen. In het buitenland ging het met het aanwerven van troepen natuurlijk evenzoo als in de Republiek. De vol gende stukken hebben betrekking op het lichten van troepen in Holland voor de republiek Venetië. In een acte van 1 Juni 1646 (N°. XXXI) neemt een zekere Jan Janssen Stien op zich om aan Jonker Jeronimus Christoffel van Belnits, kapitein van een compagnie infanterie ten dienste der Republiek Venetië zestig soldaten, „waer onder sal mogen wesen een sergeant, corporael lans- passaet ende adelborst” te leveren „in de lichters, die

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1908 | | pagina 26