258 DE REGEERING VAN ’s GRAVENHAGE I 795-185 I.
Dr. H. E. van Gelder.
De praktijk bleef na het reglement van 1824 dezelfde
als zij was onder vigueur van dat van 1815 door de weinig
preciese omschrijving der bevoegdheden, bleef het bestuur
bijna geheel in handen der uitvoerende macht, in ongeveer
elk opzicht gebonden aan het steeds ingrijpend provin
ciaal en landsbestuur. Het Kon. Besluit van 1 Maart 1830,
dat daarin verbetering beloofde, had geen merkbaar ge
volg. Eerst de Grondwetsherziening van 1848 opende
andere mogelijkheden vastgelegd in de wet van 29 Juni
1851 St. 85.
Het in art. 182 daarvan voorgeschreven jaarlijksch
Verslag verschaft de gegevens voor de persoonswisseling
in de bestuurscollege’s voor het volgend tijdvak.
De ons gestelde taak was slechts de moeilijker te vinden
gegevens bijeen te brengen, zij is dus hiermede volbracht.