ONVERBETERLIJKE REGENTEN.
277
posten op de Lijst N°.
verdeeld in groote en kleine volgens
j- -r>--een
Art. 2. Van de drie vaceerende Posten zullen zowel voor
de groote als kleine Posten twee bij vrije, en één bij onvrije
beurt begeeven worden. De vrije beurten zullen elkander
volgen: met de onvrije beurt zal begonnen worden.
Art. 3. Bij den geheelen Raad zullen begeven worden de
1 gemeld.
Vrije zijn dié, welke begeeven worden zonder dat de Begeever
aan eenige Lijst gehouden is, maar waarover hij disponeeren
kan aan wien hij verkiest.
Onvrije, wanneer de Begeever gehouden is te kiezen uit de
Lijst der geremoveerde Amptenaaren.
Art. 4. De overige Posten zullen ter begeving staan aan
ieder Lid van den Raad op zijn tour.
Art. 7. Een der Leden een onvrije Beurt tot zijne dispositie
hebbende, en geen geschikt Persoon voor dat Ampt op de Lijst
vindende, zal uiterlijk 14 dagen, nadat de voorsz. Post vacant
is verklaard, aan zijne mede Leden vragen, of zij iemand op
de Lijst, voor de voorsz. Posten gemaakt, kennen tot de voorsz.
vacanten Post geschikt: In de volgende vergadering zal
zodanig Persoon opgegeeven en aan hem als dan de voorsz.
Art. 5. De Posten zijn
de Lijsten N°. 2 en 3. Voor de onvrije Beurten is nog
Lijst gemaakt N°. 4 getrokken uit de Lijsten van de kleine en
groote posten, en welke middelbaare posten genaamd kunnen
worden. Deeze Lijst is voor de onvrije Beurten alleen ge
maakt en geschikt om door eene dier Ampten eene schade
vergoeding te bezorgen aan de afgezette Amptenaaren.
Berchuis, Sluiter en Van Zuijlen.
Art. 6. Voor ieder der voorsz. Begevingen zal een afge
zonderde Rooster gemaakt worden, zoo wel voor de groote
als kleine Posten, die bij vrije en onvrije Beurten begeeven
worden, als meede voor de groote en kleine Ampten, waarover
bij Trek-beurt gedisponeerd zal worden, dat is wanneer zodanige
Ampten bij onvrije beurt aan een geremoveerde zouden moeten
worden gegeven, en er uit de Lijst der geremoveerden geen
geschikte voor den Post te vinden is.