z8o
ONVERBETERLIJKE REGENTEN.
A. G. Dryfhout.
J. C. van Kretschmar van Veen.
N. J. Gallé.
H. M. van der Goes.
Petersen aan den gewezen schipper Rongé betaald, aan dezen
laatsten zijn leven lang zal moeten gedaan worden: wordt bij
dezen bepaald, dat de gemelde schipper Petersen bij de eerste
vacature zal invallen, en de voorsz. uitkeering door den
Jongsten Delfsche schipper voldaan zal moeten wordenwelke
daarvoor ook cautie zal moeten stellen.
Art. 17. Indien een der Leden een aan zijne dispositie
staande bediening confereert aan een persoon, die reeds in
dienst van de stad is, en daardoor een ander bediening vacant
wordt, begeeft hij mede deze aldus vaceerende post.
(w.get.) J. van Hees.
J. A. Schietbaan.
Jan Slicher.
J. de Kempenaer.
L. van Toulon.
Art. 15. Indien er nog geremoveerde mogten zijn, die niet
op de Lijsten geplaatst zijn, zullen zij op dezelven gesteld
kunnen worden, mits zich voor of na hun remotie door geen
wangedrag van dit beneficie onwaardig gemaakt hebbende.
Art. 16. Wanneer door het overlijden van een Amptenaar
twee groote Posten vacant mogten worden, zal door de twee
aan de Beurt der begeving staande Leden geloodt worden,
door wien van hun de beste dier vacante Posten begeven
zal worden.
Twee of meerder kleine postjes door een ende zelve Persoon
bezeten, vacant wordende, blijven te samen ter dispositie aan
het Lid, dat aan de Beurt voor de begeering der kleine
posten staat.
Art. 14. Zolang er nog geremoveerde Turftonsters zijn, van
wie de Mans niet reeds weder geplaatst zijn, zullen de Turf-
tonnen, voor een onvrije Beurt vacant wordende, begeven
worden aan twee dier geremoveerden te gelijk, ieder voor de
helft, en de geheele ton aan de langstleevende.