HAAGSCHE KOFFIEHUIZEN. 339 een dier vergaderingen is mij zeer deelen dat mevrouw van Calcar hare spiritualistische lezin gen hier hield; dat was des Zondagsmiddags; de eerste was op Zondag 17 Januari 1897, vóór dien tijd hield zij die voordrachten in het Hotel „Beau Sejour”haar laatste bijeen komst in ’t Keizershof had plaats Zondag 5 Februari 1899. biet Keizershof verhuurde nog al eens lokalen voor vergaderingen. De indruk van duidelijk bijgebleven. Het was er een van de Haagsche afdeeling van het Nederlandsch Tooneelverbond. De hoofdpersoon van dit drama is reeds lang overleden en misschien vele anderen die er bij tegenwoordig waren. En ’t „Keizershof” zelf. Sic transcit De Twee Steden. De Alkmaarsche afgevaardigden hadden in 1636 een huis aangekocht voor ƒ15.000 van Maria Doublet, wed. van I. Hailing, gelegen aan de westzijde van den Hof singel (waar thans het hotel de Twee Steden is). Zij noo- digden in 1664 die van Enkhuizen uit om voortaan te zamen te wonen, welk voorstel bereidwillig werd aange nomen. Beide steden werden toen ieder voor de helft eigenaar van het gezegde gebouw, dat vertimmerd en geriefelijk ingericht werd; de kamers werden jaarlijks bij verloting verdeeld en de wapens der beide steden in den voorgevel geplaatst. Toen er behoefte aan ruimte ontstond werd het belendende huis van Nicolaas van Bremen, voor eene som van 10.300 door de beide steden in gemeenschap gekocht en aan het logement getrokken. Bij het einde der Republiek in 1795 werd het logement verhuurd aan A. Mol als kastelein en namen de leden der

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1908 | | pagina 371