386
EEN I-IAAGSCH DROST.
doel zich te verrijken, tengevolge waarvan hij vier jaarna
zijne ambts-aanvaarding, bij provisie geschorst werd.
Bij deze zaak behoeven wij niet langer stil te staan, wij
willen slechts even in herinnering brengen, dat Van Ban-
chem op 26 November 1680 door het Hof van Holland ter
dood werd veroordeeld. Hij teekende appel aan tegen dit
vonnis, doch overleed op de voorpoort van het Hof, terwijl
het appel nog aanhangig was.
Mogelijk is het slechte voorbeeld van een der eerste
magistraten van invloed geweest op het gedrag van lagere
'ambtenaren, want kort daarna maakten eenige dezer zich
aan dergelijke handelingen schuldig.
Wij willen hier het een en ander mededeelen omtrent de
chantage door dienaren der justitie in de uitoefening hunner
functie bedreven.
De omstandigheden waaronder zij deze handelingen be
ginnen hebben eene komische zijde en zijn vrijwel onbekend
gebleven.
De daarop betrekking hebbende stukken bleven waar
schijnlijk opzettelijk bedolven onder het stof der archieven,
daar de medespelers in deze droevige farce, het even goed
als de hierarchisch boven hun geplaatste personagien, in
hun belang achtten een sluier te werpen over de begane,
euveldaden, om zoodoende het prestige der dienaren van de
justitie te bewaren.
De drost eener groote stad kwam door zijn ambt dagelijks
in aanraking met lieden van allerlei slag en ook met die, welke
nu niet bepaald behoorden tot de élite der maatschappij.
Het vrouwelijk element had daarin geen onbelangrijk
aandeel.
De prostitutie, die toen nog niet uit moreele en sanitaire
overwegingen wettelijk gereglementeerd en aan banden
gelegd was, vertoonde zich in dezelfde vormen en uitwassen
als thans, en hare beperking, zoo goed als hare uitbreiding,