EEN GEDEGENEREERDE FAMILIE DOUGLAS-LUYKEN.
413
1) Protocol van den notaris Jacob van Zanen.
Abraham Douglas de broer van Frans had 30
Mei 1744 van den Koning van Pruisen commissie gekregen
als agent bij de Staten-Generaal. Drie jaren later werd
deze commissie wederom ingetrokken.
15 Juni 1748 sluit hij met de Krijgs- en Domeinraden
van den Koning van Pruisen te Kleef een contract J)
waarbij hem alle domeinen van den Koning in het Westland,
voor een jaarlijksche som in pacht werden gegeven. Hij had
daarvoor als onderpand gesteld zijn goederen en effecten,
terwijl hij bovendien in December tien obligaties ten
laste van het gemeene land van Holland ten bedrage van
21000 aan den Koning had overgegeven, welke bij niet
naleving van het contract aan Z. M. in eigendom zouden
overgaan.
Dit onderpand was evenwel niet heelemaal in den
haak. Wat was het geval? Abraham’s moeder was, zooals
wij gezien hebben, den 3^ Januari 1749 van de Gevan-
genpoort ontsnapt.
Daarliet Hof een groote vordering op haar had, aangezien
zij al die jaren op haar eigen kosten had gevangen
gezeten en bovendien veroordeeld was tot betaling der
onkosten van het proces, waaraan nog niet was voldaan,
daar zij tegen dit vonnis in appèl was gegaan bij denHoogen
Raad, had de Procureur-Generaal 18 Januari 1749 machti
ging gekregen om beslag te doen leggen op hare bezittingen.
Toen was evenwel gebleken dat zij een week of zes
vóór haar ontvluchting het grootste gedeelte harer obli
gaties aan haar zoop Abrahamaan den notaris en
procureur voor den Hoogen Raad Jacob van Zanen
en aan Johan Bourcourd, notaris, makelaar en solliciteur
militair had overgedragen. Abraham had toen de be
wuste tien obligaties gekregen, die hij een dag of tien