HAAGSCHE OPSTOOTJES IN DEN PATRIOTTENTIJD. 91 Oranje. een „klein vuurwerkje” plaats op het van den Prins, waar ook alles even en voordeelige vrede. Daarna had nog Buitenhof ter eere rustig toeging en alle gezelschappen der drukkerijen etc. aanwezig waren. Er waren daar meer dan 1000 personen verzameld, waaronder wel meer dan 300 versierd met Oranjecocardes en dito linten, die door een luid gejuich van: „hoezee, vivat den Prins van Oranje”, hun stemming te kennen gaven, waarna „een ieder na hun herberg met groote vreugde is teruggekeert”. „Wel had eenig volk „aan 5 diverse huizen sterk aangebelt, niet (zooals dezelve „betuigen met meeninge om eenige de minste molesten te „doen, maar wel ter contrarie tot eerbewijzinge en om alweer, dat ieder, die het waagde zich aan „de minste baldadigheid of buitensporigheid” schuldig te maken, den anderen morgen voor altoos van den winkel zou worden gejaagd, waarmee de geschutgieter Maritz instemde. Daarna is ook bij allerlei personen het adres aangeboden. De heer Slicher, kolonel der „loffelijke Haagsche schutterij” bleef echter, hoe dringend ook aangezocht, weigeren. ’s Avonds heeft daarop de „verteering” plaats gehad, waar alles in volmaakte rust en orde zou toegegaan zijn, terwijl de twee colporteurs „tot het einde adsisteerden om de goede ordre en ordentelijk gedrag te recommandeeren”. Bij die gelegenheid werden de volgende „gezondheden” ingesteld i°. De Staten van Holland en West-Friesland. 2°. De Staten-Generaal der Vereenigde Nederlanden. 30. Z. D. Hoogheid en het gansche huis van 40. De Magistraat van ’s-Gravenhage. 50. De burgers, ingezetenen en schutters van ’s-Gra- venhage. 6°. De spoedige

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1909 | | pagina 100