io8 HAAGSCHE OPSTOOTJES IN DEN PATRIOTTENTIJD. 120 leden en had het Het Oranje vrijcorps telde een merkwaardig devies Een burgerhart, dat eendragt mindt Is staats, stadhouders en stadsgezind. Inderdaad drie moeilijk te vereenigen qualiteiten, zoodat ik wel geloof, dat de bedoeling door een letterlijke op vatting niet geheel tot haar recht zou komen. De verjaardag van den Prins op 9 Maart 1786 is door het genootschap in de Joris-doelen luisterrijk gevierd, het geen blijkt uit de nog altijd Oranjegezinde ’s Graven- haagsche courant nog steeds onder redactie van P. Gosse. Enkele leden hiervan, opgewonden naturen, w.o. de pruikemaker Mourand, wiens naam reeds een niet-Holland- sche afkomst verraadt, besloten dan ook in stilte, om den eersten, den besten regent, die het waagde onder de Stadhouderspoort door te rijden, in het water te smijten, dat gelijk men weet, toen nog het geheele Binnenhof omgaf; ja, de geschiedschrijvers spreken zelfs van een formeele samenzwering. Welnu, een kleine week later zouden de voorschriften van Februari voor het eerst moeten uitgevoerd worden en dus ook de Stadhouderspoort geopend worden. Dien dag stond het echter zoo zwart van het volk, dat geen lid der Staatsgezinde partij den moed had zich de eer bewijzen van een souverein te laten welgevallen. Eindelijk, Vrijdag den lyen Maart, den laatsten dag der week, dat de Staten bijeenkwamen, voelden de Heeren zich wel verplicht, wilden zij hun eer ophouden, om onder de poort door te gaan en besloten zij, na dezen tijd van overweging, munt te slaan uit de stemming van het volk. Zij hadden gemakkelijk, gelijk Dr. Colenbrander reeds opgemerkt heeft, door de wacht alles kunnen laten afzetten en er veilig onder door rijden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1909 | | pagina 117